Informatie over bloedstolsels in begrijpelijke taal

De termen en definities uit de verklarende woordenlijst van Boehringer Ingelheim over bloedstolsels die in aderen voorkomen en terechtkomen, maken het gemakkelijker de woorden te begrijpen die op deze website en elders in verband met deze aandoening vaak worden gebruikt.
De informatie in onze verklarende woordenlijst vervangt echter niet het advies van uw arts.

Termen en definities

• Antistollingsmiddel

  Een geneesmiddel met een ‘bloedverdunnend’ effect dat ervoor zorgt dat er minder bloedstolsels ontstaan. Veelgebruikte antistollingmiddelen zijn coumarines, zoals fenprocoumon en acenocoumarol.

• Beroerte

  Een aandoening die ontstaat als de normale bloedtoevoer naar een gedeelte van de hersenen wordt afgesloten. Een beroerte kan veroorzaakt worden door een bloedstolsel dat een bloedvat naar de hersenen verstopt (ischemische beroerte) of door het openbarsten van een verzwakt bloedvat (hersenbloeding).

• Coumarine

  Een type antistollingsmiddel dat de werking van vitamine K remt. De meest gebruikte coumarines in Nederland zijn fenprocoumon en acenocoumarol.

• CVA

  Een aandoening die ontstaat als de normale bloedtoevoer naar een gedeelte van de hersenen wordt afgesloten. Een beroerte kan veroorzaakt worden door een bloedstolsel dat een bloedvat naar de hersenen verstopt (ischemische beroerte) of door het openbarsten van een verzwakt bloedvat (hersenbloeding).

• Orale directe trombine-remmer (DTI)

  Een nieuw type oraal antistollingsmiddel dat trombine (het belangrijkste enzym bij de vorming van bloedstolsels) remt.

• Trombine

  Het belangrijkste enzym bij de bloedstolling; het zet fibrinogeen om in fibrine.

• Tromboprofylaxe

  Een maatregel om ongewenste bloedstolsels te voorkomen bij patiënten.

• Trombus

  Een bloedstolsel.